Koud he?
Het is 2 graden onder nul en door de gure wind is de gevoelstemperatuur -10. In het Noorderplantsoen ligt een eerste ijslaagje op de vijvers. De lucht is staalblauw en het park ligt er kaal en verlaten bij. Een enkele passant haast zich, diep in de kraag gedoken en met de nieuwe bivakmuts nog wat onwennig op het hoofd, gehaast naar zijn bestemming. Vandaag ga ik de meeuwen en de duiven fotograferen, het liefst in hun vlucht. Bij meeuwen gaat dat heel goed, die zwenken zwierig door het luchtruim en poseren als het ware even voor de camera alvorens ze weer verder zeilen. Bij duiven is dat andere koek. Die vliegen alleen maar pijlsnel van de ene naar de andere boom om daar weer verder te schijten. Ik val bijna om van verbazing. De meeuwen gedragen zich heel anders vandaag: ze staan allemaal op één poot, of ze liggen op hun buik! Even kijk ik om mij heen op zoek naar de verborgen camera. Dit is vast een grapje, zodat ik de kleurringen van de meeuwen niet meer kan aflezen. Het is een afspraak van de beesten om mij te pesten. Ze hebben expres dat pootje ingetrokken waar de kleurring omheen zit. Ja, ik weet wel, het zal wel zijn om afkoeling tegen te gaan, maar het is toch wel toevallig dat ze allemaal hun linkerpoot hebben ingetrokken. Of zouden meeuwen rechtspotig zijn? Ze balanceren mallotig op dat ene dunne staakje en kijken mij onschuldig aan. Maar dan zie ik even later 'blauw-CU' ook op één pootje staan, en wel het linkerpootje, dus weg achterdocht. En dan die meeuwen met hun blote kont op het ijs, ik zou er niet aan moeten denken! Br! ze zien er uit als een bakblik met diepvriesslagroomsoesjes die je zó de oven in kunt schuiven. Het voordeel van kou is dat je dan met iedereen een praatje kunt maken. "Koud he?" De man die naast mij is komen staan houdt even op met het wegvegen van zijn dochters snottebellen. "Ja. As t'vraizen deurzet kinnen wie strakkies scheuveln." He, een echte Grunniger. Ik haal mijn beste Grunnigs uit de kast. "De wind komt deur de dooie takken kloagen, en blast en gooit mit iezel wied en zied." Het dochtertje bekijkt ondertussen gebiologeerd het baltsgedrag van twee duiven. Duiven weten ook niet van ophouden. "Wat doen die pappa?" "Das bokje stoan." Ja, denk ik, als dat haasje over is ben ík een wild konijn. De zon is alweer ondergegaan en mijn rechterwijsvinger, waarmee ik het knopje van de camera moet bedienen, is bijna bevroren. Ik ga naar huis, voor de kachel zitten. Morgen kan er vast en zeker geschaatst worden in het Noorderplantsoen. |